Na redelijk wat kilometers gehiked te hebben, stellen we een nieuw doel, op de fiets over Kalsoy. Het eiland kent één hoofdweg langs de oostkant die in totaal 17 kilometer telt. Met de ferry maken we de oversteek om vervolgens keihard af te zien. Die hoogtemeters hebben we niet zien aankomen. Een epische dag dat is het geworden, waar we nog jaren sterke verhalen over gaan vertellen. Maar eerst verkennen we het eiland Eysturoy nog beter, dit keer met de camper.
Het weer is wat minder, veel bewolking en om de zoveel tijd een regenbui. We besluiten een rustdag in te lassen tussen alle activiteiten door. Eens kijken hoe de Faeröer eilanden bevallen vanaf de weg. We komen er snel achter dat dit bij ons een ander gevoel oproept. Hoewel het nog steeds schitterend mooi is, begint het landschap sneller te vervelen. De dorpen lijken op elkaar en alleen maar in de auto blijven zitten dat is niets voor ons. We zijn er zelfs een beetje op uitgekeken. Is dit wat mensen bedoelen met het lijkt allemaal op elkaar en het gezien hebben na een paar dagen? We zijn blij dat we morgen weer een actief programma hebben gepland. Want op die manier komen de Faeröer eilanden bij ons veel beter binnen.
Kalsoy is een van die eilanden die alleen per ferry te bereiken is. Ondanks dat we er ook met de camper naar toe kunnen, gaan wij actief doen met de mountainbikes. Eerder die week hoorden we dat het eiland de moeite waard is en goed te doen is op de fiets. Zolang je licht hebt voor in de tunnels. Zonder hier lang bij stil te staan stappen we in Klaksvik de ferry op, binnen twintig minuten staan we op het eiland Kalsoy.
Kosten: De meeste ferry overtochten kosten 40 kronen (€5,-) p.p. met uitzondering van de langere overtocht naar Suderoy en de ferry naar Mykines. Voor 200 kronen (€27,-) extra kun je een auto meenemen. Fietsen en motoren zijn zonder bijbetaling mee te nemen.
De Faeröer Eilanden bezoeken? Wij zeggen doen. Ondanks dat de week die we op de Faeröer Eilanden zijn geweest bonus was raden we het iedereen aan. Er is genoeg te doen en te beleven, helemaal voor de natuurliefhebber. Krijg alvast een eerste indruk en duik in het blog.
Vanaf 2015 wonen wij op vier wielen en verkennen de wereld in onze camper. We laten je graag meegenieten maar helpen je nog liever verder met jouw reisvoorbereiding. Volg onze sociale kanalen, het blog of schrijf je in voor de nieuwsbrief.
We hadden spierpijn verwacht en rekening gehouden met tunnels maar dit sloeg echt alles. Hoewel de weg de kust praktisch altijd volgt, moet er nog redelijk geklommen worden. En dan vooral in de tunnels. Nou is dat op zich niet zo een probleem, maar als twee van de vier tunnels niet verlicht zijn en langer zijn dan een kilometer is het op zijn minst een unieke ervaring te noemen. We doorstaan de heenweg. Na zeventien kilometer en een afdaling waar we even de 60 km/u aantikken komen we aan in het dorp Trøllanes.
Jammer dat we die berg ook weer op moeten fietsen! Aangezien het zaterdag is vaart de ferry minder vaak en we hebben enigszins haast. De wandeling naar de punt van het eiland laten we aan ons voorbij gaan. Eerst maar eens kijken hoeveel tijd het kost om weer omhoog te fietsen. Eerder dan verwacht rijden we de eerste tunnel naar beneden, dit is een nog waziger gevoel dan omhoog fietsen. Met alleen het licht aan het einde van de tunnel hebben we constant het gevoel bijna tegen een muur aan te fietsen. Bedenk daar een snelheid van 40 km/u bij en het is een intense ervaring die we nog niet eerder op de fiets hebben meegemaakt. Of het voor herhaling vatbaar is? Dat weten we nog niet.
Aangezien we nog genoeg tijd hebben nemen we de afslag naar Mikladalur om het standbeeld van de Seal Woman te zien. Veel indruk maakt het niet, een mooi gezicht is het wel. Misschien ontbreekt het achtergrondverhaal of hebben we te veel afgezien met de beklimmingen van de berg. En ja we weten dat er nog een beklimming staat te wachten. Na nog drie afdalingen door donkere tunnels is de dag compleet, we hebben het overleefd maar damn wat was dat eng!