-
Ruige paarden op de Faeröer Eilandenanemptytextlline
Wat is er nou mooier dan op de top van een land te staan en te genieten van de uitzichten? Er wordt gezegd dat je vanaf de Slættaratindur (880 meter) alle eilanden van de Faeröer kan zien. Het moet dan wel een mooie en heldere dag zijn. Sommige mensen zeggen zelfs dat ze vanaf hier IJsland hebben zien liggen. Wij nemen de proef op de som en beklimmen de hoogste berg van de Faeröer eilanden.
De hoogste berg ligt op het eiland Eysturoy en de route naar de top start bij een parkeerplaats in de bergpas Eidisskard tussen de dorpen Eidi en Funningur. Op een hoogte van 399 meter moet er nog iets meer dan de helft zelf geklommen worden. Het klinkt misschien makkelijk maar het is een stevige wandeling die de (boven)beenspieren goed op de proef stelt.
Het eerste deel gaat recht omhoog langs de vrij steile bergwand. Ook hier is het voornamelijk gras waar je doorheen loopt en de schapen zijn nooit ver weg. Een echt pad is er niet te zien en al zigzaggend lopen we af op een paal waar het gras steeds meer plaats maakt voor rotsen. Vanaf hier, op ongeveer 670 meter, gaat er een duidelijk pad geleidelijk omhoog.
Opmerking: Op de langste dag van het jaar (21 juni) is het een traditie om de Slættaratindur te beklimmen om de zonsondergang te zien en een paar uur later de zonsopkomst. In de tussentijd wordt er traditioneel gezongen, gedanst en genoten van lokale gerechten.