Albanië ligt relatief dicht bij huis, maar is in veel opzichten deel van een totaal andere wereld. Terwijl de Europese Unie om de hoek ligt, is Albanië daar zelf nog geen lid van. Dat heeft alles te maken met de rijke en recente geschiedenis van het land. De Albanese cultuur is hierdoor erg uniek en interessant. Als je door dit land reist, kom je die cultuur overal tegen. We introduceren je hier alvast een beetje in die cultuur, maar wees gewaarschuwd. Zelfs na een lange reis door Albanië kan de cultuur je soms nog blijven verrassen.
Met iets minder dan drie miljoen inwoners, wonen er relatief maar weinig Albanezen in het land zelf. De meeste Albanezen wonen echter ergens anders. Ongeveer vier tot negen miljoen wonen buiten de landsgrenzen. Dit heeft alles te maken met een fascinerende en pijnlijke politieke en oorlogsgeschiedenis, die eeuwen teruggaat. In Albanië zelf, wonen de meeste inwoners (bijna één derde) in de hoofdstad, Tirana. Daarnaast is vooral de kustregio bewoond. Verder is Albanië bijna overal (dun) bewoond, met kleine steden in elke provincie.
Het Albanees is een bron van grote trots in dit nationalistische land. De taal is uniek, het heeft geen banden met andere talen of oorsprong in bekende oude geschriften. Daardoor klinkt de taal in het begin erg raar en onbegrijpelijk in de oren. Boeiend dus, maar ook een uitdaging. Veel woorden zijn namelijk niet alleen uniek, maar ze zijn ook vaak lang en moeilijk. Niet alleen de woorden, ook de lichaamstaal is verwarrend. Ja knikken en nee schudden gaat in Albanië andersom: nee knikken en ja schudden dus. Naast het Albanees, spreekt de jeugd vaak ook redelijk Engels, en de oudere generaties spreken meestal redelijk Italiaans.
Tip: Een heel klein beetje basiskennis kan je al een stuk op gang helpen:
- Goedendag: Përshëndetje
- Bedankt: Falemenderit
- Ja: Po
- Nee: Jo
- Is goed: Mirë
De Albanezen hebben een rijke geschiedenis. Doordat ze als land veel verschillende oorlogen en moeilijke periodes hebben doorstaan, is er een sterke en trotse nationaliteit ontstaan. Die nationaliteit is nu “gebouwd” op drie dingen: de taal; hun nationale held, Skanderbeg; en hun nationale symbool, de adelaar (oftewel shqipe of eagle, die ook op de vlag staat). Albanezen verwijzen ook graag naar zichzelf als people of the eagle. En ook officiële instellingen, zoals bijvoorbeeld the bank of the eagle dragen deze naam. In Albanië ben je dus ten eerste een Albanees of Shqipe, daarna komt familie, en tenslotte volgt religie. De cultuur kan misschien nog wel het best worden uitgelegd in de volgende tegenstellingen. Albanië is erg nationalistisch, maar ook open en wil lid worden van de Europese Unie. Het land houdt daarnaast van haar geschiedenis en tradities, maar is ook progressief en tolerant. Nog een praktische tegenstelling: de Albanezen staren veel naar je zonder contact te leggen, maar als je eenmaal contact hebt geven ze je graag gelijk een dikke knuffel en een zoen.