Noorwegen of Zweden?

Wil je naar Scandinavië voor een vakantie of een langere reis, maar twijfel je tussen Noorwegen en Zweden? Wij delen onze bevindingen over de verschillen tussen beide landen, gebaseerd op meerdere maanden reizen door zowel Noorwegen als Zweden. Heb je meer tijd, dan kun je ze ook goed combineren; die optie zullen we als laatste bespreken. Hoewel wij beide landen met de camper hebben bezocht, is dat uiteraard niet noodzakelijk. De verschillen gelden ook voor georganiseerde reizen, kamperen met tent of caravan, of het gebruik van accommodaties. Beide landen verschillen namelijk enorm, ondanks dat ze een grenslijn van 1.630 km van noord naar zuid delen. Het lijkt soms zelfs alsof deze grens is bepaald op basis van de landschappen; je merkt het namelijk direct zodra je de grens oversteekt.

Dit kan je verwachten in Noorwegen

Noorwegen is ruig en ruw, met uitzichten die praktisch na elke bocht veranderen. Vooral de tunnels die onder de bergen doorlopen, zorgen telkens weer voor nieuwe en indrukwekkende landschappen. Hier valt je mond om de paar kilometer open van verbazing. Of je nu langs een fjord rijdt of omgeven wordt door bergen die een episch decor vormen, de natuur laat een blijvende indruk achter. En als er dan ook nog eens een gletsjer vanaf de berg naar beneden glijdt, is het plaatje compleet. Met 186 bergtoppen boven de 2.000 meter (waarvan de hoogste 2.469 meter bereikt), kan Noorwegen echt als een berglandschap worden bestempeld. De fjorden, die vaak met steile wanden de zee in verdwijnen, versterken dit gevoel alleen maar meer. De diversiteit van het Noorse landschap is zo groot dat het moeilijk is om alles in één keer te bevatten. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de overvloed aan watervallen, zowel in het binnenland als vallend in de fjorden.

“Tijdens onze eerste trip door Noorwegen – waarin we in drie maanden van de Noordkaap naar het zuiden reden – zeiden we al tegen elkaar dat we terug moesten. We hadden nog een kleine maand te gaan maar waren al bezig met volgend jaar. Noorwegen verveelt echt nooit, je kunt nieuwe dingen blijven ontdekken.”

Stranden, snorkelen en zeeleven

Noorwegen biedt naast fjorden, bergen en gletsjers ook prachtige witte stranden en kristalhelder water, vooral in het noorden. Hoewel het water niet zo warm is als in Zuid-Europa, is het perfect voor een verfrissende duik op een warme dag, wanneer de zon nauwelijks ondergaat. Noorwegen is wat ons betreft ook een uitstekende snorkelbestemming, maar neem wel een dik wetsuit mee. Daarnaast is Noorwegen een ultieme visbestemming, de diepe fjorden zitten er vol mee. En als je altijd al walvissen, bruinvissen of orka’s hebt willen zien, dan zit je in Noorwegen helemaal goed.

Toegankelijkheid en infrastructuur

Hoewel we de landschappen van Noorwegen als ruig bestempelen, betekent dit niet dat je in de wilde wildernis terechtkomt. De Noren hebben hun land goed toegankelijk gemaakt; je vindt praktisch overal tankstations en supermarkten. De meeste wegen zijn verhard en goed onderhouden, waardoor je vrijwel overal kunt komen. De gemiddelde snelheid ligt echter rond de 60 km/u door de bochtige eenbaanswegen. Deze wegen hebben allemaal een praktisch nut en leiden meestal naar een dorpje, fabriek of boerderij, en niet zomaar naar enkel een strand of bos. Als er geen weg is, dan is er vaak wel een binnenlandse ferry. Hiermee zijn veel eilanden bereikbaar en kun je de fjorden gemakkelijk oversteken.

Tolwegen in Noorwegen: Een deel van de bruggen, tunnels en ferry’s moet nog afbetaald worden middels tolheffing. Hoe dit precies werkt, en wat je daarvoor moet regelen leggen we je hier precies uit.

Waarom kiezen voor Noorwegen?

Dit is Zweden in een notendop

Waar Noorwegen om de paar kilometer een ander uitzicht naar je hoofd slingert, is Zweden een stuk gematigder. Na een paar dagen kan het landschap zelfs wat eentonig aanvoelen. De glooiende wegen langs uitgestrekte bossen lijken eindeloos door te gaan. Dat wil niet zeggen dat je je niet blijft verbazen, want ook Zweden is een waanzinnig mooi land dat compleet anders is dan Nederland of België.  De vele meren en rivieren brengen variatie in het groene landschap en zorgen voor een gevoel van rust. In het noorden zijn het vooral de rendieren die ervoor zorgen dat je aandachtig naar buiten blijft kijken, terwijl je in heel Zweden blijft hopen op een ontmoeting met een eland.

Toch een afwisselend landschap

Hoewel grote delen van Zweden op elkaar lijken, is er toch voldoende afwisseling in het Zweedse landschap. Van de glooiende heuvels in het binnenland tot de zandstranden aan de Baltische Zee en de afwisselende rotspartijen langs de Zweedse zuidkust – Zweden blijft boeien. In het noorden, met name in Zweeds Lapland, zijn er veel moerasgebieden omdat het terrein zo vlak is dat het water nauwelijks wegloopt. Een groot nadeel hiervan is de overvloed aan muggen in bepaalde periodes van het jaar. Dit verschilt echter per locatie; soms word je lek gestoken, en andere keren heb je er totaal geen last van. Waar dit precies aan ligt, blijft een raadsel.

"In Zweden weten we elke keer weer volledig tot rust te komen. Alles ademt natuur, de mensen zijn vrij, en je kunt dagenlang niemand tegenkomen als je een beetje van de hoofdroutes afwijkt. Zo vind je relatief gemakkelijk een strandje of meertje helemaal voor jezelf. Of ja, alleen... Met een beetje pech deel je het met een zwerm muggen."

Rommelmarkten en klassieke auto’s

Zweden is ideaal om tot rust te komen en te genieten van de stilte. Het Zweedse leven is rustig, met een haast nostalgische drang naar het verleden. Nergens zie je meer tweedehands winkels en rommelmarkten (loppis) dan in Zweden. Daarnaast is er een opmerkelijke obsessie met Amerikaanse oldtimers; er zouden zelfs meer Amerikaanse oldtimers rondrijden in Zweden dan in Amerika. Zweden zijn echte gearheads, en dat zie je terug op de weg, waar ook veel oudere Volvo's nog steeds in gebruik zijn. Een groot contrast met Noorwegen, waar de drang naar nieuw meer lijkt te gelden.

Opmerkelijk: Kom je op de weg auto’s tegen – met een gevarendriehoek aan de achterkant in plaats van een nummerbord – die niet zo hard rijden? Dan zijn dit waarschijnlijk voertuigen die vallen onder de zogenoemde A-traktor-regeling. Jongeren mogen vanaf 15 jaar, met een AM-rijbewijs, in een A-traktor rijden. De snelheid van deze auto's wordt beperkt tot maximaal 30 km/u door aanpassingen aan de versnellingsbak. Op deze manier kunnen jongeren eerder zelfstandig reizen en meer vrijheid ervaren, wat vooral in landelijke gebieden met beperkt openbaar vervoer erg prettig is.

Waarom kiezen voor Zweden?

Betalen in het buitenland

Gaat je reis naar één of meerdere landen die niet met de euro betalen? Dan kan het slim zijn om hier wat voorbereiding voor te treffen. Je kunt natuurlijk gewoon je Nederlandse betaalpas gebruiken; check wel even de dekking en zet hem op ‘wereld’ of ‘gebruik buiten Europa’ indien nodig. Maar zeker als er niet met euro’s betaald wordt kan het voordeliger uitpakken om een andere pas te gebruiken. Van vroeger uit werd de creditcard in dit geval aanbevolen, maar er zijn betere alternatieven. Zelf gebruiken wij Wise, een debit kaart (waar je zelf geld opzet) en waar je rekeningen kunt openen in verschillende valuta. Zo betaal of neem je cash op zonder extra kosten. In dit blog vergelijken we Wise met de traditionele manier van betalen in het buitenland.

Met euro’s betalen in het buitenland

Blijf je binnen de EER-landen en wordt er betaald met euro’s, dan betaal je in de regel geen extra kosten voor een geldopname of het betalen met je betaalpas. In de meeste Europese bestemmingen kun je gewoon betalen of geldopnemen met een V PAY of Maestro betaalpas. Het kan echter wel zo zijn dat de lokale buitenlandse bank kosten in rekening brengt voor het opnemen van cash geld. Dit wordt altijd vooraf aangegeven op de geldautomaat.

Deze EER-landen betalen met de euro: België, Cyprus, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Oostenrijk, Portugal (ook Madeira en de Azoren), Slovenië, Slowakije en Spanje (ook de Canarische Eilanden).

Let op: Geldopnemen in euro’s in landen buiten de EER kost vaak €3,50 per geldopname.

Met vreemde valuta betalen in het buitenland

Ga je buiten de EER-landen op vakantie, of naar een land dat niet met de euro betaalt, dan krijg je te maken met wisselkoersen en koersopslagen voor het betalen of opnemen van vreemde valuta. Dit betekent het volgende: het bedrag in vreemde valuta wordt omgerekend naar euro’s tegen de door de bank vastgestelde wisselkoers van dat moment (verandert per dag en je hebt er vaak geen inzicht in). Daarnaast wordt er nog een extra percentage betaald voor het daadwerkelijke inwisselen (de koersopslag). Deze kan per bank verschillen. Onder aan dit blog geven we enkele tarieven die worden gehanteerd door Nederlandse banken bij betaalpassen en creditcards.

Geld overmaken in vreemde valuta: Nog duurder dan betalen of geld opnemen is het overmaken van geld naar het buitenland. Als je bijvoorbeeld online een factuur moet betalen (voor de Noorse tolwegen bijvoorbeeld), komen er nog meer kosten bij. Bij de populairste Nederlandse banken betaal je al snel tussen de €6,- en €9,- voor het overmaken in vreemde valuta. Dat is boven op de wisselkoers én koersopslag.

De voordelen van Wise (als debit of prepaid travel card)

Zoals gezegd maken wij gebruik van Wise. Dit doen we vooral als we moeten betalen in vreemde valuta, om de simpele reden dat het goedkoper is. Wise hanteert namelijk voordeligere wisselkoersen en vraagt geen koersopslag als je een rekening in die valuta hebt. Maar er zijn meer voordelen; we sommen ze voor je op. Verderop in dit blog leggen we uit waarom wij hebben gekozen voor Wise.

De voordelen van Wise:

Een nadeel van Wise kan zijn dat de gehele website in het Engels is. Maar met de automatische vertaalfunctie, die tegenwoordig in praktisch elke browser zit, zou dat eigenlijk geen probleem meer moeten zijn. Ze hebben echter ook een zeer duidelijke blog in het Nederlands over hoe Wise precies werkt.

Debit Travel card

Ben je op zoek naar een goede en goedkope manier om te betalen in vreemde valuta of om grip te houden op je reisbegroting? Dan is Wise de oplossing! Zelf gebruiken we het als debit travel card - waar we zelf een X bedrag opzetten voor een bepaalde periode - maar je kunt Wise ook als gewone bankrekening gebruiken. Zelfs als je gaat werken in het buitenland kan je loon gewoon op deze rekening gestort worden, in wel 53 vreemde valuta! Waarom wij Wise gebruiken? Om de simpele reden dat het goedkoper is. Wise hanteert namelijk voordeligere wisselkoersen en vraagt geen koersopslag als je een rekening in die valuta hebt. En die open je gewoon gratis! Maar er zijn meer voordelen; we sommen ze voor je op. De voordelen van Wise:
  • Goedkoop geld overmaken in 53 vreemde valuta
  • Tot 6x goedkoper dan traditionele banken
  • Rekening openen is gratis en gaat online
  • Debit kaart dus je bepaalt zelf hoeveel geld je erop zet
  • VISA kaart: overal betalen en geld opnemen net als met een creditcard
  • Mid-market wisselkoersen zonder extra kosten of marges (dus de echte wisselkoers die je ziet op Google)
  • Besparen op onnodige bankkosten bij betaling in vreemde valuta
  • Kies uit een fysieke betaalpas (eenmalig €7,-) of een virtuele betaalpas (gratis)
  • Meerdere vreemde valuta rekeningen mogelijk
  • Transparantie in tarieven en kosten (nog voordat je geld overmaakt)
  • Handige app waarmee je inzicht krijgt in je uitgaven
  • Maakt optimaal gebruik van gunstige wisselkoersen
  • Wise is geen bank, maar een elektronische geldinstelling
Een nadeel van Wise kan zijn dat de gehele website in het Engels is. Maar met de automatische vertaalfunctie, die tegenwoordig in praktisch elke browser zit, zou dat eigenlijk geen probleem meer moeten zijn. Ze hebben echter ook een zeer duidelijke blog in het Nederlands over hoe Wise precies werkt.

Let op: Wise blijft een financiële instelling en is verplicht om je identiteit te bevestigen om fraude en witwaspraktijken tegen te gaan.

Tol in Noorwegen

Hoewel Noorwegen een redelijk aantal tolwegen kent, valt het voor toeristen in de praktijk best mee hoeveel je ermee te maken krijgt. Dit hangt natuurlijk sterk af van de gekozen route, maar het is zelfs redelijk goed te doen om tolwegen te vermijden. Al ontkom je er op sommige plekken echt niet aan; tol wordt namelijk gebruikt om de aanleg van de weg, tunnel of brug mee terug te verdienen. En op sommige locaties kun je niet om een brug of tunnel heen.

Er zijn drie opties om de elektronische tol in Noorwegen te betalen. We bespreken ze allemaal en geven aan welke manier volgens ons de slimste is. Een tipje van de sluier: wij adviseren een tolbadge, want daarmee kun je ook binnenlandse ferry’s betalen (met korting). Op die binnenlandse ferry’s gaan we ook kort in, want die kun je ook als tolweg zien 😉

Waarom zijn er tolwegen in Noorwegen?

Tolheffing wordt in Noorwegen vooral toegepast om bruggen, tunnels en wegen te financieren. Zodra de kosten van een weg, tunnel of brug zijn terugverdiend, wordt de tolheffing weer verwijderd en wordt de doorgang weer gratis. Een groot deel is al afbetaald, waardoor wij het aantal tolwegen in Noorwegen vinden meevallen. Naast deze tijdelijke tolwegen zijn er ook permanente tolwegen, die je vooral rondom steden vindt (ringwegen). Deze tolwegen zijn bedoeld om stadsverkeer te ontmoedigen en om nieuwe infrastructuurprojecten rond die steden te financieren. De meeste tolwegen maken onderscheid tussen twee typen verkeer: vrachtverkeer en personenauto’s. Campers vallen onder personenauto’s, zelfs als ze zwaarder zijn dan 3.500 kg, mits ze geregistreerd zijn (daarover zo meer). Een enkele tolweg maakt onderscheid op basis van brandstof (waarbij diesel het meeste betaalt en elektrische auto’s het minst), maar dit aantal is beperkt. Het Noorse systeem voor elektronische tolheffing heet AutoPASS en wordt beheerd door de Noorse Dienst Openbare Wegen.

Naast de voor de hand liggende tolwegen zijn er ook particuliere tolwegen. Dit zijn wegen die in particulier eigendom zijn en worden onderhouden door de eigenaar(s). Deze wegen zijn vaak doodlopende wegen naar uitzichtpunten, de bergen in of naar een populaire toeristische attractie. Het zijn er niet veel en ze staan goed van tevoren aangegeven.

Tip: Tolwegen worden goed aangegeven. Als je tol wilt vermijden, kun je in de meeste gevallen nog een afslag nemen voor de tolpoort. Tolkosten worden bij elke elektronische tolpoort getoond met een bord. Wil je alvast de tol- en ferrykosten van jouw route berekenen? Gebruik dan deze handige tolcalculator.

Drie manieren van tol betalen

Praktisch alle tol in Noorwegen is elektronisch; je komt dus geen bemande tolpoortjes meer tegen waar je kunt betalen. Dit gaat allemaal volautomatisch. Bij het passeren van een tolpoort wordt er een foto van de auto (en het kenteken) gemaakt en wordt er gekeken of er een transponder (optie drie) aanwezig is. Dit alles heeft te maken met de drie manieren waarop de tol in Noorwegen betaald kan worden.

1.      Zonder registratie (duurste optie)

Als je niet zeker weet of je Noorwegen gaat aandoen tijdens je reis, of je denkt dat je een route door Noorwegen hebt zonder tol, dan kun je ervoor kiezen om niets te doen. Je hoeft je dan niet te registreren of aan te melden zoals bij de andere twee opties. Je kunt dan nog steeds gebruik maken van de tolwegen; je krijgt dan gewoon automatisch een factuur thuisgestuurd (naar het adres waar de auto of camper geregistreerd staat). Deze factuur valt meestal binnen vier tot acht maanden door de brievenbus. Deze facturen worden gestuurd door Epass24 van het Zweedse bedrijf Park Trade Europe.

Hoewel dit als de makkelijkste optie klinkt, is het in de praktijk ook de duurste optie. Dit komt doordat je bij de andere twee opties korting kunt krijgen, bijvoorbeeld via een verlaagd tarief voor bepaalde typen auto's of gewoon directe korting. Zonder registratie val je standaard in het hoogste tarief.

Let op: Er wordt online soms gezegd dat je zonder registratie geen facturen ontvangt. Wat wij hebben begrepen, is dat dit de laatste jaren wel degelijk het geval is. Daarom adviseren we je wel te registreren en, als je nog op tijd bent, een tolbadge aan te vragen. Hiermee bespaar je op tolkosten én binnenlandse ferrykosten.

2.      Epass24 - Automatische betaling

Als je niet veel tol verwacht te rijden, bijvoorbeeld alleen rondom steden, dan is Epass24 de snelste en meest eenvoudige manier. Dit is hetzelfde bedrijf dat de betaling afhandelt als je zonder registratie over Noorse tolwegen rijdt. Door een account aan te maken bij Epass24.com kun je specificaties van je auto of camper doorgeven (dit moet je zelf doen) welke vervolgens gebruikt worden om te kijken of je voor een verlaagd tarief in aanmerking komt. Vooral rondom steden wordt er namelijk gewerkt met verschillende tarieven op basis van brandstof of euronorm.

Via het account (en eventueel de app) krijg je vervolgens ook inzicht in de gereden toltrajecten en je facturen. Deze kunnen eenvoudig automatisch betaald worden door een creditcard aan het account te koppelen, maar je kunt er ook voor kiezen een (elektronische) factuur te ontvangen zodat je deze via een bankoverschrijving kunt voldoen.

Let op: Hoewel je nu het juiste toltarief betaalt (en niet standaard het hoogste), kun je met een tolbadge van AutoPASS nog goedkoper uit zijn dankzij extra kortingen. Ga je veel kilometers maken of meerdere binnenlandse ferry’s pakken, dan is een tolbadge de beste manier. Heb je een camper (M1) zwaarder dan 3.500 kg? Dan moet je een AutoPASS tolbadge hebben om als personenauto geclassificeerd te worden.

3.      AutoPASS – Tolbadge (goedkoopste optie)

Voor deze optie moet je op tijd zijn; je moet namelijk nog wel in Nederland of Beligë zijn om de tolbadge te ontvangen. Deze tolbadge moet je in Noorwegen aan de binnenzijde van je voorraam monteren. Dus als je deze info pas leest als je al onderweg bent, dan is het al bijna geen optie meer. De badge wordt namelijk naar het adres gestuurd waar je auto of camper geregistreerd staat; het is niet mogelijk om hem ergens anders op te halen of naartoe te laten sturen. Maar wees gerust. Het kan nog steeds, via je nummerbord, al wordt dat niet aangeraden. Maar het is wel dé manier om toch korting te pakken, lees vooral het uitgelichte stukje "Al op reis?" hieronder.

Het grote voordeel van een tolbadge (of toll tag) van één van de bij AutoPASS aangesloten toll service providers (welke hier vermeld staan) is dat je korting ontvangt en soms zelfs geen tol hoeft te betalen. Daarnaast kun je met de tolbadge ook binnenlandse ferry’s betalen, waar je vaak ook nog korting op krijgt.
De AutoPASS tolbadge werkt als volgt:

Al op reis? Sommige toll service providers werken ook zonder tolbadge. Registratie gaat dan via het kenteken, welke handmatig worden verwerkt. En juist daarom raden ze het gebruik van de tolbadge aan. Dit is wat Fremtind Service erover zegt: "We raden onze klanten aan om een tag in het voertuig te plaatsen vanwege de mogelijke fouten die kunnen optreden bij kentekenregistratie via foto's. De genomen foto's worden handmatig verwerkt, dus als de foto onduidelijk is, kan het gebeuren dat er fouten gemaakt worden. Met gebruik van een tolbadge is dat niet mogelijk."

Wij kozen zelf voor Fremtind Service als toll service provider. De website is in het Engels beschikbaar en hier kun je ook als buitenlander een account aanmaken (kies voor "Sign in without BankID") en betaal je 5 NOK per maand dat je account actief is. Zeg je contract dus op zodra je weer uit Noorwegen bent. De tolbadge wordt per post verstuurd en is meestal binnen 14 dagen binnen. Maar ook zonder tolbadge kan je Fremtind gebruiken, het gaat dan via het nummerbord. Handig dus als je, net als wij tijdens onze eerste Noorwegen reis, al op reis bent wanneer je erachter komt dat er tolwegen zijn in Noorwegen. Al raad Fremtind zelf aan de tolbadge te gebruiken. Fremtind verstuurt facturen onder de 500 kronen eens per 3 maanden.”

Let op: Particuliere tolwegen worden niet op een van de drie bovenstaande manieren betaald. Deze staan hier los van en dien je vaak ter plaatse te betalen. In sommige gevallen staat er een betaalautomaat, soms moet je contant geld in een envelop doen of kan er betaald worden via een bankoverschrijving.

Voor Belgen: Het versturen van de tolbadge kan extra gedoe opleveren bij de douane. We hebben gehoord over vertraging en extra douane kosten van €22,-.

Let op: Heb je een voertuig zwaarder dan 3.500 kg en staat deze niet als camper (M1) geregistreerd? Dan moet je een andere verplichte tag hebben. Hier lees je daar meer over.

Boot naar Noorwegen

Een vakantie of rondreis door Noorwegen aan het plannen? Dan is het plannen van de route naar Noorwegen mogelijk even belangrijk als het plannen van de route door Noorwegen zelf. Je kunt op verschillende locaties de boot naar Noorwegen nemen, maar er is ook een alternatieve route waarbij je niet met de boot hoeft te gaan. Houd in dit geval wel rekening met extra kilometers via Zuid-Zweden. We bespreken alle opties om in Noorwegen te komen, zodat je zelf kunt bepalen vanaf waar jij de boot neemt of dat je toch de brug kiest.

De mogelijke ferry’s naar Noorwegen

Er zijn meerdere vaste ferryverbindingen tussen Denemarken, Duitsland en zelfs Zweden en Noorwegen. We moeten echter meteen toegeven dat de veerverbinding tussen Zweden en Noorwegen voor de meeste Nederlanders en Belgen niet erg interessant is. Vooral interessant zijn voor ons de ferry’s naar Noorwegen vanuit Duitsland (Kiel) en Denemarken (drie af- en aankomsthavens). We bespreken alle opties voor je.

Let op: In dit overzicht geven we een prijsindicatie. Dit is een vanaf prijs, inclusief genoemd voertuig (gemiddelde lengte), twee personen en indien nodig de goedkoopste hut. Prijzen stijgen in het hoogseizoen of bij specifieke hutopties. Wil je actuele prijzen inzien, doe dan een vrijblijvende offerteaanvraag bij Overtocht.nl.

Boot Duitsland – Noorwegen

Van: Kiel (DE) naar Oslo (NO)
Afstand vanaf NL tot vertrekhaven: 520 kilometer
Tijd van overtocht: 20 uur
Afvaarten per week: dagelijks
Kostenindicatie auto: vanaf €536,- (2 personen incl. auto en standaardhut)
Kostenindicatie camper: vanaf €776,- (2 personen incl. camper en standaardhut)
Extra info: Het boeken van een hut is verplicht tijdens deze overtocht. Er zijn huisdiervriendelijke hutten.

Camper inspiratie opdoen op de Camperbeurs

Twijfel je al langer of een camper iets voor jou is? Of weet je dit al zeker maar weet je niet goed welk type camper bij je past? Of heb je juist al een camper maar ben je altijd op zoek naar de leukste, nieuwste en meest handige gadgets en accessoires? In al deze gevallen is Camperbeurs Hardenberg dé plek om inspiratie op te doen en je wishlist aan te vullen. Maar ook is het de plek om advies te vragen aan experts uit de camperbranche. De expertise is zo uiteenlopend dat er zeker wel iemand rondloopt die je kan helpen. Of het nu is om tot een ideale (nieuwe) camper te komen, je de beste fiets voor in de camper zoekt, camperverzekering vragen hebt of als je de beste nieuwe camper accu’s wilt scoren. Hier vind je antwoorden.

Wat en wanneer: 22, 23 & 24 september staan er verdeeld over zeven hallen meer dan 100 deelnemers. Op de Camperbeurs Hardenberg (Overijssel) zie je echt elk type camper, van alkoof tot buscamper of op maat ingebouwd. Maar ook alles wat met campers te maken heeft.

Vind je (nieuwe) camper

Het aanbod campers, nieuw en tweedehands, is zo ongelofelijk groot dat het serieuze keuzestress kan opleveren. Want wat als er nou net een camper is die nog beter of praktischer is ingericht. Of welke nog beter bij jou en je reisplannen past. Het is een hele opgave om een goed overzicht te krijgen van het complete camper aanbod. De Camperbeurs Hardenberg brengt praktisch het complete aanbod samen op één plek. Zo hoef je niet meer stad en land af terwijl je eigenlijk nog in je oriëntatiefase zit. Je hoeft enkel nog op 22, 23 of 24 september naar Hardenberg te komen om al het aanbod te zien. Kijk binnen bij buscampers, alkoof, integraal en half-integraal campers. Maar ook als je benieuwd bent naar maatwerk zit je hier goed. Op de Camperbeurs laat je de keuzestress achter je en vind je antwoorden op de vraag welke camper ideaal is voor jou. En kan echt niets je bekoren, dan staan wij er ook om te laten zien dat een camper bouwen ook een interessante optie is 😉

RevolutionRace review (mannen)

Voor ons bezoek aan IJsland wisten we al dat de juiste kleding het verschil ging maken. Hoewel het lastig blijft om precies te weten wat je nodig hebt maakt het brede aanbod, de uiteenlopende prijsklassen het allemaal ook niet makkelijker. Want duurder zou wel beter zijn, toch? Je geeft dan ook makkelijk een godsvermogen uit. Tijdens onze reis door Zweden anderhalf jaar geleden werd ons wederom duidelijk wat er nodig is om goed voorbereid op pad te gaan. De Zweden geven namelijk het perfecte voorbeeld, je zult niet snel een Zweed aantreffen die niet van top tot teen is uitgerust in de perfecte hike-uitrusting.  Ze zijn op alles voorbereid, doen alles zo goed mogelijk en daar hebben ze alle reden voor.

Nu we weer een reis maken door Scandinavië (en de Baltische Staten) is het ideale moment daar om RevolutionRace te testen. Hoewel we nog aan het begin staan van de reis, hebben we al enkele maanden van testen achter ons. Dus hierbij mijn RevolutionRace review. Is het echt de Zweedse kwaliteit maar dan betaalbaar?

Mijn maten: Ik draag op de foto’s zowel maat M voor de Trail Jacket als de RVRC GP Pro Zip-off Pants.

Soft shell Trail Jacket

Persoonlijk ben ik fan van soft shell jassen. Voor iemand die het snel (te) warm heeft is dit de ideale jas wanneer je waarschijnlijk geen regen tegenkomt. Soft shell jassen zijn gemaakt van zachte rekbare stof waardoor het bijna aanvoelt als een trui. Ademend vermogen is belangrijk waardoor zweten wordt geminimaliseerd. Juist door die stretch en ademend vermogen is het een multifunctionele jas die je aankan tijdens het hiken, mountainbiken maar ook voor het slenteren door de stad. 

De Olive Oil Trail Jacket die ik heb mogen testen is dan ook snel mijn favoriete jas geworden. Ik draag hem eigenlijk standaard bij temperaturen net boven de 0 graden (met de juiste onderlaag) tot een graad of 17. Wel moet het niet met zekerheid flink gaan regenen. Want hoewel hij bestand is tegen regenbuien mogen deze niet te lang duren. Na ongeveer drie kwartier in een redelijke regenbui komt er vocht door de stiknaden heen. Kleine korte buien zijn dan weer helemaal geen punt, de jas is vaak al droog voordat de volgende bui weer begint.

Mijn mening over de Trail Jacket van RevolutionRace

Het fijne aan deze jas zit hem in de details. Zo maakt de hoge kraag hem ideaal voor de koudere dagen. Uiteraard moet je dan een goede onderlaag gebruiken (fleece of thermoshirt) maar de hoge kraag is ideaal om de wind uit je gezicht te houden. Het is even oppassen dat mijn baard niet tussen de rits komt, maar dat heb ik er graag voor over!

Waar veel jassen zeggen ademend te zijn, of ventilatiemogelijkheden te hebben, valt dit in de praktijk vaak wat tegen. Bij de Trail Jacket is dit niet het geval, hij heeft geen gaas of gedoe bij de ventilatieopening onder de oksels, het is gewoon een groot gapend gat en ik vind het heerlijk! Het is even stoeien om de capuchon fijn te krijgen, in tegenstelling tot de jas van Dasja heeft deze geen verstevigde capuchon waardoor de capuchon wat kan inzakken. Maar met de verstelmogelijkheden kom je een heel eind, al was het nóg fijner geweest als er een vaste vorm in de “klep” had gezeten. De Trail Jacket heeft voldoende zakken, die bij de borst vind ik persoonlijk net iets te groot. Dit is namelijk mijn go-to plek voor mijn telefoon en die zakt nu steeds diagonaal wat minder fijn zit.

Hoewel er kleine puntjes zijn die beter hadden gekund, is dit met afstand mijn meest favoriete jas van de afgelopen jaren. De Zweedse kwaliteit straalt ervan af en met een prijs net boven de €100,- is dit een betaalbare soft shell van kwaliteit.

Tip: We mogen jullie van 19-05 t/m 02-06 15% korting geven op jouw RevolutionRace bestelling. Gebruik de code: REIZENIN15

Nature's Head composttoilet review

Eén ding wisten we zeker bij het bouwen van onze camper we willen een composttoilet. De laatste jaren zijn hier verschillende opties voor op de markt gekomen, deze alternatieven bespreken we aan het eind van dit blog, maar in 2018 was de keuze nog niet zo breed. Het was of zelf een composttoilet maken of een composttoilet kopen. Door enkele positieve reviews over de Nature’s Head en enkele benoemde voordelen ten opzichte van een zelfgemaakt composttoilet was de keus vrij snel gemaakt. Ondanks dat de aanschafprijs aan de hoge kant is. Afgelopen jaren hebben we maanden achterelkaar gebruik gemaakt van de Nature’s Head, vaak naar grote tevredenheid – af en toe met frustratie, dus hier is onze review over het gebruik van de Nature’s Head composttoilet in de camper. We bespreken de voor- en de nadelen. Wil je meer weten over de verschillende wc-opties voor een camper? Lees daarover verder in dit blogartikel.

Wat is de Nature’s Head composttoilet precies?

Mocht je nog niet goed weten wat de Nature’s Head uniek maakt? We lichten dat hier eerst kort toe. Dat maakt de rest van dit blog makkelijker om te begrijpen. De Nature’s Head is een composttoilet of droogtoilet en maakt geen gebruik van chemicaliën. Het scheidt de twee behoefte (gele en bruine) van elkaar en heeft daar twee aparte containers voor; een 8 liter jerrycan vangt de gele behoefte op en daarnaast een grote bak waar de bruine behoefte invalt. Dit slimme scheidingssysteem voorkomt al een hele hoop stank. Want juist de combinatie van bruin en geel zorgt voor veel stank. Los van elkaar vallen ze, mits goed behandeld, best wel mee.

Niet doorspoelen maar sprayen: bij een compost- of droogtoilet spoel je niet door, vandaar ook de term droogtoilet, maar gebruik je een sprayfles met een mix van azijn en water om de wc ‘door te spoelen’ en de pot fris te houden.

Het toilet bestaat uit drie onderdelen

Nature’s Head bestaat uit drie losse onderdelen, het zitgedeelte, het onderste gedeelte met daar de grote container voor de compost met draaiarm en de losse urine jerrycan die je plaatst in het onderste gedeelte van het toilet.

Het zitgedeelte van de Nature’s Head zorgt voor de scheiding. Deze klemt zowel de jerrycan als de grote bak af. Dit gedeelte kan geheel of gedeeltelijk verwijderd worden waardoor je bij beide containers kunt komen. De gele behoefte stroomt zo de jerrycan in, terwijl je met een klepje de opening voor de bruine behoefte openzet. Wat de Nature’s Head onderscheid van veel andere compost- of droogtoiletten is dat er een draaiarm in de bak voor de bruine behoefte zit. Hierdoor mix je de gebruikte vezels (bijvoorbeeld kokosvezels of zaagsel) met de behoefte waardoor vocht nog sneller onttrokken wordt en stank geminimaliseerd. Daarnaast zit er ventilatiesysteem geïnstalleerd (een 12 V ventilatortje aangesloten op een slang die naar buiten de camper voert). Dit ventilatiesysteem versnelt het composteren en beperkt vieze luchtjes. De twee containers worden los van elkaar geleegd wanneer ze vol zitten.

Hoe vaak wij de Nature’s Head legen: bij intensief gebruik legen wij de compostbak gemiddeld tussen de drie en vier weken. De urine container is met zijn 8 liter sneller vol en moet om de twee à drie dagen worden geleegd.  

Waarom wij kozen voor de Nature’s Head

De belangrijkste reden waarom wij kozen voor de Nature’s Head (of composttoilet in het algemeen) was vooral omdat we geen chemisch cassettetoilet meer wilden. We hadden geen zin om elke drie à vier dagen een onmogelijke stinkende container te legen op een daarvoor speciaal aangelegd punt. Daarnaast stond het gebruik van chemicaliën ons ook tegen. Want hoewel er alternatieven zijn, van niet poepen op het cassettetoilet, het gebruiken van mengsels zoals waspods met azijn of biologische versies, werken de chemicaliën toch echt het beste om de stank zo lang mogelijk buiten te houden. Na ruim drie jaar waren we klaar met het cassettetoilet en de verplichting om te zoeken naar een officieel leegstation. Helemaal met de toekomstige plannen die we met Brutus hebben, is het niet praktisch om te reizen met een chemisch cassettetoilet. Want zo een cassette wil je echt niet bij iemand thuis legen…

Met een composttoilet zou dit allemaal verleden tijd moeten zijn. Doordat de gele behoefte enkel met een klein beetje afwasmiddel en een scheut azijn is gemixt kan je deze makkelijker in de natuur legen. Het bevat zelfs meststoffen voor planten, al moet je oppassen bij medicijngebruik. De compostbak kan in het ergste geval ook in de natuur begraven worden, maar legen in een grote vuilniszak en weggooien bij het grofvuil is vaak makkelijker.

Dan nu onze ervaring na twee jaar dagelijks gebruik en de voor- en nadelen van de Nature’s Head composttoilet. Want is het gebruik van een composttoilet echt veel fijner?

Veiligheidstips bij een camper bouwen

Je eigen camper bouwen is voor de meeste van ons een intens en vooral compleet nieuwe onderneming. Naast dat je wellicht niet de meest handige Harrie bent (we kijken hier ook naar onszelf) komen er ook andere elementen bij kijken. Want opeens moet je bezig zijn met al je apparatuur uitzoeken, methodes van inbouwen, iets weten van water en elektra aanleggen en met een beetje pech ook nog van roest behandelen. Er komt veel kijken bij het bouwen van een camper en helemaal als je dit zo veilig mogelijk wilt doen. Daarom een blog toegewijd aan manieren om jezelf zo goedmogelijk te beschermen tijdens het klussen. Van veiligheidsschoenen tot stofmaskers en tips om je gereedschap zo veilig mogelijk te gebruiken.

Tips voor veilig gebruik van gereedschap

Het is misschien een open deur, een die wagenwijd openstaat. Maar toch benoemen we hem meteen. Want hier zijn volgens ons de meeste ongelukken mee te voorkomen. Ja, soms kost het wat meer tijd maar de gevolgen van gereedschap op een onjuiste manier gebruiken kunnen groot zijn. Lees daarom, zeker als je er niet vaak mee werkt of het al even geleden is, de handleiding goed door. Hierin staat over het algemeen hoe het gereedschap veilig te gebruiken is en wat je absoluut niet moet doen.

Is het gereedschap verouderd of in slechte staat? Dit kan een ongelukje veroorzaken. Wist je bijvoorbeeld dat bot gereedschap de kans op letsel vergroot? Ook als je het maar voor enkele onderdelen nodig hebt: gebruik goed gereedschap. Laat je zaag bijvoorbeeld slijpen of koop een nieuw zaagblad of zaagje. Check bij elektrisch gereedschap ook altijd wat de staat is van het stroomsnoer en of deze niet is beschadigd.

Tip: hou het stroomsnoer tijdens het gebruik altijd goed in de gaten en zorg dat je deze niet kunt raken; door hem over je schouder te hangen voorkom je dat deze in de weg zit.

Omdat de meeste van ons niet dagelijks met een cirkel-, afkort-, tafel- of decoupeerzaag werken nog enkele specifieke tips voor het veilig gebruik van deze type zagen:

Zijn veiligheidsschoenen nodig?

Het beschermen van je voeten is waarschijnlijk niet het eerste waar je aan denkt als je een camper gaat (ver)bouwen. Maar stiekem ben je nog geregeld met zware onderdelen in de weer. Schoenen met en stalenneus komen dus zeker van pas, maar veiligheidsschoenen zijn meer dan dat. Tegenwoordig uitgerust met antislipzolen, zo weet je dus zeker dat als je in een gekke positie staat je niet onderuitglijdt. Veiligheidsschoenen beschermen tegen zware en scherpe vallende voorwerpen en voorkomen dat je uitglijdt op momenten dat het je juist niet uitkomt. En aangezien een gemiddelde camperverbouwing makkelijk maanden (tot jaren) in beslag kan nemen is dit eigenlijk een best slimme investering, dus veiligheidsschoenen zijn zeker aan te raden!

Het aanbod van veiligheidsschoenen is groot, zo heeft alleen Engelbert Strauss al meer dan 100 verschillende hoge kwaliteit veiligheidschoenen (zelfs voor kinderen). Met zomer- en winteruitvoeringen kies je een schoen voor elk seizoen. Aangezien dit voor de meeste van ons ook allemaal abracadabra is raden we je aan om je in te lezen over hoe je de juiste werkschoenen kiest.

Tip: naast goede veiligheidsmaatregelen tijdens het klussen is de juiste verzekering voor je camper in aanbouw natuurlijk ook geen overbodige luxe. Verzeker je bus alvast als camper (in aanbouw). Lees meer over de aanbouw verzekering.

Camper door Polen

Eerlijk is eerlijk, in het begin hadden we niet echt een idee van wat we van Polen konden verwachten. We kregen wisselende verhalen te horen en de ervaringen van door Polen heen rijden, van vijftien jaar geleden op weg naar de wintersport, hielpen daar ook niet echt bij. Maar het huidige Polen met een lentezonnetje heeft ons verrast. En ook al zijn er nog steeds delen die terug doen denken aan 15 jaar geleden, is Polen in ontwikkeling en bied het alles wat je in een mooie campertrip zoekt. Afwisselende landschappen, mooie natuur, prima faciliteiten en relatief goedkope prijzen. Zowel voor brandstof als eten en uiteten. Kortom; Polen is een avontuurlijke camperbestemming voor degene die geen hete zomers zoeken of Spanje, Portugal of Frankrijk al hebben uitgespeeld. Dit zijn onze tips en punten om rekening mee te houden als je met de camper naar Polen gaat.

Waarom met de camper naar Polen

Het grote voordeel van een camper hoeven we waarschijnlijk niet meer uit te leggen: lekker altijd je eigen appartementje op wielen mee en altijd slapen in je eigen bed. En natuurlijk wakker worden op de mooiste plekken in de natuur of juist midden in de stad. Er zijn meer dan genoeg (gratis) plaatsen waar gekampeerd mag worden. Aan meertjes, rivieren of in de bossen. Vaak met picknicktafels, vuurplaatsen en wc’s maar daar zo meer over.

Polen is veel meer dan mooie plekjes om (gratis) te overnachten. Zo is het land nog weids opgezet met veel natuur en wildlife. Van een diversiteit aan (migrerende) vogels zoals de vlaamsegaai, kraanvogel en ooievaar tot groot wild zoals herten (niet vaker zagen we er zo veel tijdens wandelingen), wilde zwijnen en elanden. En dan horen in de bossen ook nog veel wolven en beren voor te komen. Met een oppervlakte van 322.575 km² is Polen bijna net zo groot als Duitsland. Het heeft super diverse landschappen en natuur, voor ieder wat wils. Van berggebieden (hoogste berg: Rysy, 2.503m) in het zuiden tot een heerlijke kustlijn met duingebieden aan de Baltische zee. Met 23 nationale parken is het een unieke bestemming voor natuurliefhebbers. Maar ook de steden wil je ontdekken in Polen.

Polen heeft een rijke traditie. Hoewel het vaak bezet is geweest (met de bezetting van de Sovjet-Unie als negatieve invloed op de architectuur en uitstraling) heeft het nog veel oude stadsdelen. En daar is gelukkig voldoende van bewaard gebleven, van gotische en renaissancestijl tot Poolse barok, rococostijl of neoklassieke architectuur. Kortom echt mooie stadscentra waar je foto’s kunt blijven maken.

Blij verrast door Gdańsk: onze eerste trip met de camper door Polen heeft zich gericht op Noord-Polen. De uitstraling van enkele kleine vissersdorpjes als Puck en Hel lieten al zien dat Polen veel meer is dan saaie grijze gebouwen. Maar toen we in Gdańsk aankwamen waren we blij verrast. Wat een heerlijke oude stad, met zo veel unieke gebouwen kleuren en uitstraling. Hier kan je prima op citytrip gaan en na een weekend het gevoel hebben dat je nog meer wilt zien en proeven.

Wildkamperen, camperplaatsen en (gratis) campings

Er zijn dus genoeg bezienswaardigheden die Polen de moeite waard maken met de camper. Maar hoe zit het dan met camperfaciliteiten en overnachtingsmogelijkheden? Simpel gezegd zijn die er voldoende. Wildkamperen of vrijstaan met de camper is officieel verboden, maar lijkt te worden getolereerd in sommige gebieden. Er is dus niet echt een pijl op te trekken en dit zul je per locatie moeten aanvoelen. Het seizoen heeft hier uiteraard ook mee te maken. Maar toch, de officiële regelgeving is dat je een boete riskeert van €120,- als je zo maar ergens staan om te overnachten (zelfs parkeerplaatsen aan bijvoorbeeld het strand of in het bos). Gelukkig is er een net zo mooi alternatief.

Let op: ook overnachten langs de openbare weg (inclusief parkeerterreinen langs de snelwegen) in caravan of (kampeer)auto is niet toegestaan.

Veel bezienswaardigheden hebben een parkeerplaats waar tegen een kleine vergoeding overnacht mag worden. Of hebben zelfs een “campinggedeelte” ingericht. Zo overnachten wij een nacht tussen de oude bunkers van Hitlers Wolfsschanze.  Maar ook zijn er tal van gratis campings ingericht. Hier sta je kosteloos met de basisvoorzieningen. Al is het lozen van grijswater en een chemisch toilet vaak niet mogelijk. Dit zijn in veel gevallen heerlijke plekjes aan een meer, langs een rivier of in de bossen. Kamperen op privéterrein is wel toegestaan maar uiteraard alleen met toestemming van de eigenaar.

Tip: voorzieningen als het lozen van grijswater en het chemisch toilet vind je geregeld bij tankstations. Vooral Park4Night heeft veel van deze plekken in kaart gebracht.

Uiteraard is er ook een groot aanbod campings en ook (betaalde) camperplaatsen winnen aan populariteit. Zeker rondom de bezienswaardigheden komen er steeds meer mogelijkheden om met de camper te overnachten. Een vrij compleet overzicht vind je bij de Poolse Camping & Caravaning federatie.

Snorkelen op Tenerife

Tenerife is een groot en veelzijdig eiland. Zowel boven- als onderwater. Waar je het letterlijke hoogtepunt met de Teide niet mag missen zijn er ook enkele snorkelspots die een bezoek waard zijn. Helaas hebben we ze niet allemaal af kunnen gaan door tijdgebrek (dankzij een covid besmetting), maar sommige spoken af en toe nog steeds door ons hoofd. Schrikken we ’s nachts wakker met de gedachten “wat hadden we daar allemaal wel niet kunnen zien”. Dus wil je gaan snorkelen op Tenerife? Gebruik dan de volgende locaties uit onze voorbereiding. Ben je juist benieuwd naar wat je kunt verwachten van snorkelen op de Canarische Eilanden? We hebben een blog opgesteld met wat je onderwater allemaal kunt zien.

Watertempratuur op Tenerife: misschien wel het fijnste aan snorkelen op Tenerife is de watertemperatuur. Deze ligt in de winterperiode gemiddeld boven de 19 °C en loopt net na de zomerperiode op tot dik 23 °C. Een wetsuit is (zelfs in de winter) niet altijd nodig, maar zorgt er wel voor dat je het langer uithoudt. We adviseren in de koudere maanden een 3/2 of 4/3 wetsuit en eventueel schoentjes.

El Puertito (Costa Adeje)

Deze kleine baai staat ook wel bekend als Turtle Bay. En in die hoedanigheid spookt hij door ons hoofd. Op de Google reviews wordt er echter niet veel over schildpadden gesproken, dus waarschijnlijk is het toch niet zo zeker dat je ze hier tegenkomt. De grootste kans om ze te zien heb je als de schildpadden naar het wateroppervlakte komen om te ademen. De rest van de tijd slapen ze op de bodem, of zoeken ze naar eten. Er komen drie soorten schildpadden voor: de lederschildpad, de dikkopschildpad en de groene zeeschildpad.
De baai is beschermd gebied waardoor ook andere (vis)soorten veel voorkomen. Een ideale snorkellocatie op Tenerife dus!

Abades Bay

We hebben dagen gewacht tot de wind ging liggen, maar helaas. En dat is meteen het nadeel van snorkelen op Tenerife, de weersomstandigheden zijn (zeker in de winter) niet altijd ideaal. Maar gelukkig is de omgeving, met het verlaten lepra dorp vol met graffiti, interessant genoeg om te ontdekken. Is het wel windstil dan heb je vanaf Abades verschillende kleine strandjes en baaitjes waar je lopend heen kunt. Met mooie natuurlijke poelen en grotten is er hier voor elk niveau snorkelaar iets moois te ontdekken.
Ben je met je camper op de Canarische Eilanden? Bij de vuurtoren was onze fijnste (gratis) overnachtingsplek.

Palm Mar

Deze snorkellocatie is anders dan de andere (ook op de andere Canarische Eilanden) locaties. Hier vind je een muur (ook wel bekend als de Palm Mar Wall) die in drie etages, met allemaal hun eigen specifieke vis- en weekdiersoorten, 24 meter de diepte in zakt. Als de condities goed zijn wordt er aangeraden om bij de kliffen van Los Cristianos het water in te gaan. Vanaf daar kan je langs de muur zwemmen. Ook de halve onderwatergrot spreekt tot de verbeelding. Kortom, een afwisselende locatie die zeker voor ervaren snorkelaars of freedivers interessant kan zijn!

Mocht je uitgekeken raken bij Palm Mar, of wil je op meerdere plekken op één dag snorkelen, dan vind je in de buurt nog een vuurtoren (Faro de La Rasca) met een rotsachtige kust vol leven. Dit is minder geschikt voor beginners met een diepte van 5 tot 18 meter.

Punta de Teno

Op het meest westelijke puntje van Tenerife heb je een heerlijk uitzicht op La Palma, La Gomera maar vooral op de imposante Los Gigantes. En dat is allemaal nog bovenwater. Onderwater gaat het door, doordat Punta de Teno in een beschermd zeereservaat valt is het een onderwaterparadijs. Het staat dan ook te boek als één van de beste snorkellocaties van Tenerife.

Doordat je op het meest westelijke puntje zit kunnen de condities verraderlijk zijn. Let dus altijd goed op. Voor de meeste zal Punta de Teno een stuk rijden zijn, maar gelukkig zijn er (als de zee ruig is) alternatieven in de vorm van de kleine baaitjes en rotspoeltjes. Dit maakt het ook met kinderen een leuke snorkelbestemming!

Playa de Las Teresitas

Voor wie het snorkelen gewoon eens wil uitproberen is het aangelegde Playa de Las Teresitas interessant. Dit grote strand is sowieso fijn voor een stranddag, maar langs de golfbreker die het strand afsluit zit ook voldoende leven. De baai zou zelfs erg in trek zijn bij de zee-engel (angel shark). Verblijf je in (of in de buurt van) Santa Cruz de Tenerife dan is dit een prima plek om te beginnen. Zelf overnachten we hier met de camper, om de volgende dag de ferry terug naar het vasteland te pakken. Voor ons een ideaal laatste luilekker strand met prima snorkelmogelijkheden.

Snorkelen op Lanzarote

Snorkelen op Lanzarote is af en toe een beetje zoeken en soms sta je echt raar te kijken als je bij een snorkellocatie aankomt. Maar zelfs vanaf mega toeristische stranden kan je onderwater een hele andere wereld aantreffen. Let vooral goed op stromingen en zoek bij (veel) golfslag een meer beschutte locatie op of kijk aan de andere kant van het eiland. In dit blog richten we ons vooral op mooie snorkelspots met een diepte van 1 tot 6 meter. Dit zijn dan ook allemaal gratis snorkelspots waar je zelf (met je eigen gear) heen kunt. Ben je juist benieuwd naar wat je kunt verwachten van snorkelen op de Canarische Eilanden? We hebben een blog opgesteld met welke onderwater dieren je allemaal kunt zien.

Watertempratuur op Lanzarote: misschien wel het fijnste aan snorkelen op Lanzarote is de watertemperatuur. Deze ligt in de winterperiode gemiddeld net boven de 18 °C en loopt in de zomerperiode soms op tot boven de 23 °C. Een wetsuit is (zelfs in de winter) niet altijd nodig maar zorgt er wel voor dat je het langer uithoudt. We adviseren je om in de koudere maanden een 3/2 of 4/3 wetsuit aan te doen en eventueel schoentjes.

Playa de Papagayo - 0,5 tot 8 meter diep

Als je op de kaart kijkt (en satelliet view gebruikt) is dit de meest logische snorkelspot op Lanzarote. In een beschermd gebied, waar je een paar euro entree moet betalen, vind je enkele mooie stranden. Onderwater gaat het door, met afwisselende rotswanden en open zandvlaktes. Sommige beschutte baaitjes maken dat je hier meestal wel kunt snorkelen. Dit was onze eerste plek waar we een angel shark hebben gezien.

Playa Flamingo – 0,5 tot 4 meter diep

Door middel van grote betonblokken is een beschutte baai gecreëerd. Als je aankomt lopen dan verwacht je ook totaal niet dat er veel leven onder water zit. Grote delen zijn ondiep, maar richting de opening naar zee wordt het dieper. Tussen de blokken vind je krabben en zeespinnen maar ook octopussen houden zich hier graag schuil. Wat vis betreft kom je verschillende scholen kleurrijke visjes tegen. Volgens onze bron soms zelfs de angel shark!

Playa Chica – 0,5 tot 5 meter diep

Ook dit is zo een plek waar je denkt dat de aanwezigheid van het toeristische centrum effect zal hebben op de onderwaterwereld. Maar niets is minder waar. Je vindt hier een combinatie van een open zandvlakte met twee rotsformaties welke in het water verdwijnen. Hierdoor is het redelijk beschut, vind je veel vis langs de rotsen en met geluk een rog verscholen in het zand.

Playa del Jablillo –  0,5 tot 4 meter diep

Als de zee ruig is dan kan je hier mogelijk nog rustig snorkelen. Het strand en de baai zijn namelijk beschut door golfbrekers. Deze bieden ook beschutting voor vissen waardoor je hier praktisch altijd prijs hebt. Wil je meer zien of willen de achterblijvers wat meer luxe? Dan is het naast gelegen Playa Bastián een mooie toevoeging. Met winkeltjes en toiletten heb je hier net iets meer voorzieningen.

Snorkelen op Gran Canaria

Gran Canaria is een afwisselende bestemming, met het mooie binnenland en de levendige dorpen en steden. Voor waterliefhebbers is er ook genoeg te doen, al is het aantal stranden wel beperkter als je het vergelijkt met sommige andere Canarische Eilanden. Maar hoewel je minder stranden hebt als ingang tot de onderwaterwereld, is het uiteindelijke resultaat als het goed is niet minder mooi. Ook hier vind je kleurrijke vissen in een levendige onderwaterwereld.

Gran Canaria is helaas het enige eiland waar we niet hebben kunnen snorkelen omdat de condities het simpelweg niet toelieten of omdat we het binnenland aan het ontdekken waren. We doen daarom ook geen uitspraken over te verwachten dieptes. Het aantal snorkellocaties is dus beperkter dan bijvoorbeeld Lanzarote of Fuerteventura, maar je kunt zeker snorkelen op Gran Canaria. Deze locaties stonden op ons lijstje. Ben je juist benieuwd naar wat je kunt verwachten van snorkelen op de Canarische Eilanden? We hebben een blog opgesteld met welke onderwater dieren je allemaal kunt tegenkomen.

Watertempratuur op Gran Canaria: misschien wel het fijnste aan snorkelen op Gran Canaria is de watertemperatuur. Deze ligt in de winterperiode gemiddeld rond de 19 °C en loopt net na de zomerperiode op tot soms wel 24 °C. Een wetsuit is (zelfs in de winter) niet altijd nodig maar zorgt er wel voor dat je het langer uithoudt. We adviseren om in de koudere maanden te kiezen voor een 3/2 of 4/3 wetsuit en eventueel schoentjes.

Tufia

Het begint al bij het zwarte vulkanische zand, wat onderwater doorloopt. Snorkel naar het rechtergedeelte van het strand want hier hoor je mooie vulkanische rotsformaties tegen te komen. Uiteraard vol met leven door de kleine lavagrotten op de bodem.

Playa de Mogán

Dit hoort dé snorkelplek van Gran Canaria te zijn. Ideaal voor beginners maar ook voor meer ervaren snorkelaars zijn er hier mooie plekjes te vinden. De baai is beschermd door een golfbreker waardoor je hier ook met een ruigere zee meer kans hebt op een veilige snorkeltrip. Vissen genieten van dezelfde bescherming waardoor ze er in overvloed horen te zitten. Meer ervaren snorkelaars kunnen, als condities het toelaten, hun hart ophalen aan de rechterkant van de golfbreker.

Playa Las Carpinteras

Dit is een wat afgelegen strand met interessante rotsformaties en met hoog water een vulkanisch rif. Helaas waren de condities voor ons niet ideaal, maar de potentie liet zich wel snel zien. Vanaf Playa Las Carpinteras kan je te voet naar Playa Montaña Arena. Een mooi afgelegen strand, de rotsen tussen de beide stranden kunnen niet anders dan een levendige onderwaterwereld onderhouden.

Risco Verde

Hier vind je meerdere snorkelspots dichtbij elkaar. Beginners of kinderen kunnen bij Zoco Negro (in het centrum van Arinaga) veilig snorkelen achter de zeewering. Zijn de condities op zee rustig dan zijn er in de richting van Risco Verde nog enkele mooie plekken om te snorkelen.

Las Merinas

Voor liefhebbers van zeeanemonen zou dit de plek moeten zijn. Je vindt hier namelijk enkele grote exemplaren en ook koraal groeit hier bovengemiddeld goed. Niet gek dat dit dan ook een populaire snorkellocatie op Gran Canaria is. Zeker in de zomermaanden hoort er praktisch nooit stroming te staan waardoor dit een goede locatie is voor beginners of kinderen.

Playa del Cabrón

Dit is één van de drie beschermde zeereservaten (waar vissen verboden is) op Gran Canaria. Het is een populaire duik en snorkellocatie. Je komt hier door een afgelegen weg te volgen. Volgens onze check mag je hier niet meer rijden (al spreken bronnen dat het met een 4x4 zou mogen). Houd dus rekening met een wandeling. Eenmaal onderwater vind je een divers onderwaterlandschap met bogen, grotten en drop-offs. Het zou de plek zijn voor groupers, barracuda’s en roggen.

Snorkelen op Fuerteventura

Hoewel Fuerteventura vooral bekend staat als wind- en kitesurf walhalla is het ook mooi snorkelen op Fuerteventura. Je zult echter wel meer rekening met de condities moeten houden. Maar is het windstil dan is de onderwaterwereld gruwelijk mooi en afwisselend. De grootste kans op goede snorkelcondities vind je aan de oostkust. In dit blog richten we ons vooral op mooie snorkelspots met een diepte van 1 tot 6 meter. Dit zijn dan ook allemaal gratis snorkelspots waar je zelf (met je eigen gear) heen kunt.
Ben je juist benieuwd naar wat je kunt verwachten van snorkelen op de Canarische Eilanden? We hebben een blog opgesteld met wat je onderwater allemaal kunt zien.

Watertempratuur op Fuerteventura: misschien wel het fijnste aan snorkelen op Fuerteventura is de watertemperatuur. Deze ligt in de winterperiode gemiddeld rond de 18 °C en loopt net na de zomerperiode op tot boven de 23 °C. Een wetsuit is (zelfs in de winter) niet altijd nodig, maar zorgt er wel voor dat je het langer uithoudt. Daarom adviseren we in de koudere maanden een 3/2 of 4/3 wetsuit en eventueel schoentjes.

La Caleta – 2 tot 8 meter diep

Misschien een hidden gem aangezien we hem op geen ander overzicht zijn tegengekomen. Maar wat is het hier fijn snorkelen, met een rotswand die opeens vier tot vijf meter zakt. Je gaat hier sowieso veel vis zien en als je geluk hebt ook (meerdere) angel sharks! Ook als je enkele honderden meters afzakt naar het zuiden (naar een kleine baai) heb je kans om de angel shark, roggen of zeekatten te zien.

Isla de Lobos – 0,5 tot 4 meter diep

Dit eiland staat bekend om zijn prachtige stranden maar ook om het snorkelen! Een ideaal dagtripje dus, want je kan hier enkel vanaf Corralejo per boot naartoe. Het snorkelen wisselt open zandvlaktes af met rotspartijen.

Let op: wil je eten op het eiland zorg dan dat je vooraf (een dag) reserveert.

El Cotillo (noord ervan) –  0,5 tot 2 meter diep

Noord van dit schattige dorpje, wat vooral surfers aantrekt, vind je enkele mooie snorkelspots. Richting de vuurtoren heb je aan de westkust enkele beschutte baaitjes en zelfs bijna afgesloten poeltjes, maar laat dat tjes maar weg. Aan het oosten van de vuurtoren zijn ook nog enkele baaien gelegen welke er uitnodigend uitzien. Playa del Castillo (zuid van El Cotillo) schijnt op een dag zonder golven en wind ook leuk snorkelen te zijn.

El Puertito – 1 tot 8 meter diep

De vallei waar dit strand in ligt wordt Palm Valley genoemd. Door de hoeveelheid palmbomen inderdaad. Maar het is hier ook leuk snorkelen, vooral aan de linker kant van het strand, met grote rotsblokken met openingen erin. Let wel op want de stroming kan hier verraderlijk zijn. Door de vele rotspartijen kom je hier geregeld trompetvissen tegen. Dit is ook een locatie waar duikexcursies heen gaan. Volg je de oostkust verder naar het zuiden dan zijn er meerdere mooie baaitjes tot aan Costa Calma waar je vaak beschut kunt snorkelen.

Morro Jable – 1 tot 8 meter diep

Ook richting het ruige zuiden is het nog leuk snorkelen. Net zuidelijk van Morro Jable, waar er steeds meer rotsen het water in verdwijnen, vind je enkele mooie spots. Je schijnt hier barracuda’s en murenen te kunnen spotten. De kliffen voor de kerk is dan weer de plek om grote roggen te spotten. Houd ook hier de condities goed in de gaten en ga enkel met een rustige zee het water in.

Snorkelen op de Canarische Eilanden

Moet je nog overtuigd worden om te gaan snorkelen op de Canarische Eilanden? Dan is hier ons korte antwoord: zeker doen! De onderwaterwereld is compleet anders dan wat je op land aantreft. Dit maakt het ook voor de niet-snorkel-enthousiast haast een must. Simpel gezegd heb je de eilanden niet helemaal gezien als je niet ook onderwater gekeken hebt. Het is hier levendig, kleurrijk en heeft soms nog mooiere lavaformaties. Voor de enthousiastelingen is het goed om te weten dat er voor elk niveau wat te doen is. Zo is freediven goed vertegenwoordigd op de meeste eilanden, ook met cursussen en gidsen. In dit blog vertellen we je wat je allemaal kunt verwachten tijdens een snorkeltrip op de Canarische Eilanden. Ben je op zoek naar specifieke snorkellocaties? We hebben per eiland de mooiste snorkelspots op een rijtje gezet. Dit zijn allemaal gratis snorkelspots waar je zelf (met je eigen gear) heen kunt.

Watertempratuur op de Canarische Eilanden: misschien wel het fijnste aan snorkelen op de Canarische Eilanden is de watertemperatuur. Deze ligt in de winterperiode gemiddeld net boven de 18 °C en loopt in de zomerperiode soms op tot boven de 23 °C. Een wetsuit is (zelfs in de winter) niet altijd nodig, maar zorgt er wel voor dat je het langer uithoudt. We adviseren om in de koudere maanden voor een 3/2 of 4/3 wetsuit te gaan en schoentjes. Niet alleen zijn de schoentjes fijn in de flippers en tegen de kou, ook loop je zo makkelijker over de rots en lava achtige reefs heen om in dieper water te komen.

Wat kan je verwachten van snorkelen op de Canarische Eilanden

Misschien wel het belangrijkste om te weten is dat je tijdens het snorkelen geen gevaarlijke dieren tegenkomt. Toch laten we je even schrikken, je kunt namelijk wel een haai tegenkomen; de Zee-engel (Angel Shark). Deze Zee-engel is totaal ongevaarlijk en lijkt eigenlijk helemaal niet op een typische haai, meer op een rog. Het spotten van (meerdere) angel sharks was ons persoonlijke hoogtepunt.

Met een gemiddeld zicht van 30 meter zijn de Canarische Eilanden echt een paradijs voor onderwaterliefhebbers. Het onderwaterleven verschilt iets per eiland, zo zijn er plekken waar de kans groter is op het zien van roggen of angel sharks maar ook dolfijnen en walvissen zwemmen hier rond. Al zal het zien van deze dieren nog steeds met een grote portie geluk te maken hebben. Je gaat zeker een paar van de 500 verschillende vissoorten zien en zoek ook naar zeekatten, octopussen en zeepaardjes. Trouwens, zeeanemonen, krabben en zelfs zeeschildpadden kom je ook zomaar tegen. Om een nog beter beeld te geven van wat je kunt verwachten pikken we er enkele (vis)soorten uit die je kunt tegenkomen tijdens een snorkeltrip.

Toffe snorkellocaties per eiland

Camper badkamer/douche bouwen

Als je voor een wat serieuzere zelfbouw camper gaat dan ga je waarschijnlijk werken met een watertank, waterpomp en een afvoer die iets meer is dan een simpele jerrycan onder de gootsteen. Als je dat dan toch allemaal gaat aanleggen is een douche in de camper ook het overwegen waard. Want van het inbouwen van water en de afvoer is het een kleine stap naar het bouwen van een badkamer of natte cel. Onze badkamer is klein, 550 x 850 millimeter, maar doet precies wat het moet doen. Het is de plek waar het composttoilet staat en we kunnen hier warm douchen. En vooral dit laatste onderdeel maakte het inbouwen van de badkamer een stukje lastiger. De ruimte moet uiteraard helemaal waterdicht zijn. Er zijn verschillende manieren om je douche in de camper waterdicht te maken. Op advies van de watersportwinkel zijn wij gegaan voor een combinatie van epoxylijm en vier lagen epoxyverf. Dit is wat meer hufterproof dan bijvoorbeeld tegels en aangezien wij ook off-road rijden heeft dat onze voorkeur.

Afvoer wegwerken onder de vloer

De afvoer is een van de onderdelen die tijdens onze bouw al voor een lange tijd op de uiteindelijke plek heeft gelegen voordat we met de badkamer aan de slag gingen. De afvoer is namelijk onder de vloerplaten weggestopt. Net als bij het aanleggen van je camper elektra is dit iets waar al vroeg in het bouwproces over nagedacht moet worden om complicaties te voorkomen. Pas op het moment dat we de badkamer zijn gaan afwerken zijn de (toevoer) waterleidingen gelegd, welke met drukzadels (voor elektra kabels) aan de muur zijn bevestigd.

Voor de afvoer gebruiken we speciale waterafvoerslangen, voor het eerste deel gebruiken we een slang met 20 mm doorsnede, voor het laatste deel gebruiken we voor de zekerheid een slang met 30 mm doorsnede zodat het water soepel kan doorstromen. Via een koppelstuk zijn beide slangen aan elkaar gekoppeld. Je kunt uiteraard ook kiezen voor pvc-afvoerbuizen in plaats van de flexibele waterafvoerslangen waar wij voor gekozen hebben.

Tip: probeer zo veel mogelijk verval in je afvoer te maken. Als dit verval te klein is (het is lastig om precies aan te geven wat te klein is) zal het water moeilijker of niet wegstromen in sommige situaties. Dus probeer zo veel mogelijk verticaal hoogteverschil te krijgen na of in je doucheputje(s) en richting de vuilwatertank.

Zelf een douchebak maken in de camper

Aangezien de wanden welke we gebruiken voor de natte cel ook gebruikt worden voor o.a. de keuken staan deze al voordat we de badkamer helemaal afwerken. We maken, net als bij de rest van de inbouw, gebruik van Okoumé platen. Ook de douchebak bouwen we op uit hetzelfde Okoumé hout. Het grote verschil is dat we het hout nu niet in een normale primer zetten.

Alle kopse kanten smeren we in met epoxylijm voordat we de douchebak in elkaar vastschroeven. We werken de hoeken in de douchebak (en alle naden in de rest van de badkamer) ook af met deze epoxylijm. Je kunt dit vergelijken met het aanleggen van een kitrand maar dan een die superhard wordt. De naden zijn hierdoor waterdicht geworden. Je kunt eventueel ook kiezen voor een kimband om de naden te dichten.

De douchebak valt binnen de zijwanden en de wand waar de deur in komt. We werken met een opstaande rand van ongeveer 10 centimeter, aan een kant is deze opstaande rand hoger omdat dit een koofje wordt.

Tip: ga je een douchebak bouwen dan kan het slim zijn om twee doucheputjes te plaatsen. Zo heeft het water altijd een putje waarin het makkelijk wegloopt (mits je voldoende verval hebt), ook als je net iets schuin staat.Er zijn uiteraard ook kant en klare douchebakken verkrijgbaar. Let hierbij op de stevigheid van het materiaal. We hebben bij andere camper bouwers gezien dat de plastic douchebak na twee jaar vervangen werd doordat de bak gescheurd was.

Aangezien het composttoilet een permanente ontluchting nodig heeft, die we door de vloer willen voeren, moeten we een oplossing vinden zodat deze niet in de douchebak zit. Mede daarom werken we met een koofje. Hier kan de ontluchtingsslang in de zijkant in, om dan droog door de vloer te gaan. Het koofje is ook de plek waar de verwarmingsbuizen, waterleidingen en enkele elektrakabels veilig langs de douchebak lopen.

Douchewanden met verschillende diktes

In onze badkamer werken we met drie verschillende diktes houtplaten. De zijwanden zijn beide 15 millimeter, de wand waar de deuropening in zit is 10 millimeter en de wand langs de zijkant van de camper is opgetrokken met 4 millimeter.

Om een betere verbinding te maken tussen de 15 millimeter wanden en 4 millimeter wand (en een grotere kier op te vullen) plaatsen we twee extra stroken hout in de hoeken. In die latten boren we gaten met een gatenboor voor buiskoppelingen in een 90 graden hoek. Als de douche straks is afgewerkt plaatsen we hier buizen tussen waar de was en handdoeken over uitgehangen kunnen worden. Ook deze buiskoppelingen zijn met epoxylijm verlijmd.

Zodra alles op de definitieve plek zit (en ook de muurplaat voor de douchekraan is geïnstalleerd) starten we met de epoxyverf klus. Het advies van de watersportwinkel was om te werken met één laag epoxyprimer (te plaatsen op onbewerkt hout) gevolgd door drie lagen epoxyverf.